donderdag 17 maart 2016

Eat me... (de marathon 30 tot 32 km)

Tijdens de breakout run heb ik het rugzakje geen moment als vervelend ervaren. Natuurlijk moest ik hem na een stukje zwemmen wel eens even leeggooien, maar dat was geen probleem.
Mijn schoonmoeder heeft aan de onderkant een aantal waterafvoer gaatjes voor me gemaakt, maar als ik in 1 keer 3 liter water vang, duurt het natuurlijk lang voordat dat er weer uit is. Nu na 30 km begint hij me toch af en toe te vervelen. Vandaar dat ik hem vlak van te voren even afgooide.

Ook al verveeld hij af en toe, ik wil niet zonder! Nu sta ik even bij mijn “supportersgroep” en krijg ik een krentenbol en een paar bemoedigende woorden en dat is ontzettend fijn. Maar is dit het moment waarop ik eten en drinken nodig heb?
Het is veel fijner als je zelf de momenten en hoeveelheid kan bepalen. Ik krijg nu maar een halve krentenbol op, maar weet zeker dat ik over een paar kilometer weer wat nodig heb.

Ik heb een strak regime: Iedere drie kwartier neem ik een flacon sportvoeding en drinken doe ik bijna constant. In ieder geval vlak na iedere hindernis neem ik een slok. Blijkbaar heb ik het nodig, want ik heb nog niet hoeven plassen en ben toch al bijna 5 uur bezig.
Dat is dan ook meteen de inhoud van mijn rugzakje; flacons sportvoeding, sportdrank in een camelback en voor alle zekerheid mountainbike handschoentjes voor wat extra grip bij de monkeybars.
Bijkomend voordeel van de rugzak bleek dat je me nu al vanaf grote afstand kon onderscheiden van de rest van de lopers.
Ik heb vanochtend tijdens de start nog maar 1 andere marathon loper met een rugzakje gezien. De meesten kiezen blijkbaar voor de verzorgingsposten onderweg, of hebben hulptroepen langs de kant staan.

Zoals eerder verwoord heb ik me nooit zo voor eten geïnteresseerd. Het was domweg niet nodig, omdat ik toch altijd hetzelfde gewicht had. De extreem lange wandeltochten die ik in het verleden maakte, vroegen niet om speciale voeding, maar om veel voeding.
Voor de uitdaging die ik me nu had gesteld, werd het toch wel tijd om informatie in te winnen…
Gelukkig ken ik veel sportmensen en ook mensen die veel grotere uitdagingen zijn aangegaan als ik. Ik maakte een afspraak en heb me over allerlei poedertjes en middeltjes laten informeren.

Ondertussen had ik al aan meerdere gevraagd hoe het nou precies zat met koolhydraten eten. Een hardnekkig gerucht in mij, bleef maar volharden dat ik de hele week van te voren pasta’s etc. zou moeten eten. Ondertussen was dit gerucht al door meerdere (naar mijn mening) deskundigen bij mij ontkracht, toch was het mijn eerste vraag aan haar.

Zij had de “raid Goulaises” in Vietnam meegedaan toen wij samen werkten. Meer dan 1.000 km afleggen zonder enige vorm van gemotoriseerde verplaatsing en dat in het klimaat van Vietnam. Als iemand het weet…
Ook zij vond koolhydraten bufferen niet nodig.

Van te voren had ik aan de telefoon al gevraagd welke merken sportvoeding ze gebruikte. Zij bleek fan van “Herbalife” omdat er niet zo’n “chemische smaak aan zou zitten… Ze had tijdens het gesprek al wat poedertjes en een paar sportvoeding "gelletjes" voor me meegenomen. De gel gebruikte ze zelf niet, omdat ze daarvan over haar nek ging. Zij hield het bij energierepen.
Ik kreeg alles mee, omdat haar trainingsmaatjes wel met die gel werkten en het juist fijn vonden. Nu had ik een poeder om shakes mee te maken voor de race en een poeder om sportdrank mee te maken voor tijdens de race. Daarnaast nog een energiereep van hetzelfde merk en twee flacons gel.

Haar grootste advies was om alles een keer tijdens een training uit te testen, zodat je weet wat je wel kunt hebben en wat niet. Dit advies had ik al eens eerder gehoord van iemand die soortgelijke evenementen als haar liep. Maar ja… Tijdens wat voor training probeer je nou zoiets?


Zij zelf nam tijdens een race ieder uur een energiereep en hamerde erop dat je jezelf gewoon moet dwingen om te eten, ook als je geen honger hebt.
Daarnaast is het handig om te eten als je toch moet wachten, of even ergens vertraging oploopt. Haar trainingsmaatje had ongeveer mijn lichaamsbouw en dus raadde ze me aan iedere drie kwartier wat te eten, omdat ik anders net te kort zou kunnen komen. Groter lichaam, verbruikt meer energie.

Tijdens de run zouden krentenbollen en wine gums ook enorm goed kunnen helpen. Deze geven snel hun energie af aan het lichaam en zijn nog lekker ook.

Ik neem nog één hap krentenbol, groet mijn supporters, geef nog twee studenten van mij een hand en sluit aan bij een groepje marathon lopers die mij passeren. We hebben ongeveer hetzelfde tempo, kan ook niet anders, want we zijn nu 30 km onderweg.
Het is een redelijk jong groepje, knap dat je dit als groep kunt doen. Je hebt toch ongeveer hetzelfde tempo nodig en op zo’n monstertocht wil je niet te vaak moeten versnellen of vertragen omdat anderen dat willen.

We duiken de sloot in en waden voor de derde en laatste keer naar het einde. Alles wat nu komt, is voor het laatst. Dat is wel een grappige gewaarwording, alles nog 1 keer.
Als ik het water uitkom, ben ik blij dat mijn vader daar foto’s staat te nemen. Ik moet weer een stuk onder prikkeldraad door kruipen. In de tweede ronde bleef mijn rugzak halverwege hangen in het prikkeldraad. Bij dit soort stukken moet je met een rugzak eigenlijk plat op je buik tijgeren, maar daar krijg je na deze afstand steeds minder zin in. Ik geef met plezier de rugzak af en duik onder het prikkeldraad.
Daarna pak ik hem meteen weer aan, neem een slok en sluit weer aan bij het groepje.

Geen opmerkingen: